Een antagonist met betrekking tot spieren verwijst naar een spier die de werking van een andere spier, de agonist, tegengaat. In eenvoudige bewegingen werken antagonisten en agonisten samen om beweging en stabiliteit te creëren.
Bijvoorbeeld, bij het buigen van de elleboog, is de biceps brachii de agonist omdat hij samentrekt om de beweging te vergemakkelijken. Tegelijkertijd is de triceps brachii de antagonist; deze spier ontspant zich om de beweging toe te staan en werkt ook om de beweging te controleren, zodat het niet te snel of te krachtig gebeurt.
Dus, in het kort, een antagonist is een spier die tegenwerkt of tegenovergesteld is aan de werking van een andere spier (de agonist) tijdens een specifieke beweging.
